Opleiding om bioafval in bedrijven beter te sorteren (Februari-april 2023)

Voortaan is het mogelijk om binnen een bedrijf een compostsite in te richten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest! 

In dat kader organiseren Leefmilieu Brussel en de Facilitator bioafval voor professionals een opleiding die bedoeld is voor referentiepersonen voor compostsites in bedrijven.

De referentiepersoon van de site wordt door de onderneming aangeduid als verantwoordelijke voor het goede beheer van de compostsite en staat in voor de logistieke en technische follow-up. De referentiepersonen voor compostsites zijn essentiële pioniers voor een lokaal en duurzaam afvalbeheer in Brussel.

De opleiding bestaat uit 3 tot 6 modules (0,5 dag / module).

Info en inschrijven

• Prijs: 30 euro/deelnemer/module
• Inschrijving via deze link
• Contact: biodechetspro@environnement.brussels

Programma 

Voor kleine producenten van bioafval (minder dan 10 kg voedselafval per dag): 

Opleiding februari-maart 2023:

• Module 1: dinsdag 21 februari 2023 – 14u – 15u30 (online): ‘Uitdagingen van het wettelijke kader voor bioafval in het BHG’
• Module 2: donderdag 23 februari 2023 – 8u30 – 12u (BE): ‘Technische principes voor de compostering van keuken- en tafelafval (theorie)’
• Module 3: maandag 6 maart 2023 – 13u – 17u (locatie nog te bepalen): ‘Technische principes voor de compostering van keuken- en tafelafval (praktijk)’

Opleiding maart 2023: 

• Module 1: dinsdag 14 maart 2023 – 14u – 15u30 (online)
• Module 2: woensdag 15 maart 2023 – 8u30 – 12u (BE)
• Module 3: maandag 20 maart 2023 – 13u – 17u (locatie nog te bepalen)

Voor grote producenten van bioafval (circa 50 kg voedselafval per dag): 

• Modules 4 en 5: dinsdag 11 april 2023 – 8u30 -17u (BE)
  • Module 4: ‘Voorbereiding en organisatie van een compostsite in het bedrijf’
  • Module 5: ‘Mobilisatie van actoren van een compostsite in een bedrijf en beheer van het project in de loop van de tijd’

• Module 6: woensdag 12 april 2023 – 8u30 – 12u (BE) ‘Visualisatie en inspiratie op basis van bestaande goede praktijken’